Zuid-Limburg ziet heuvelland graag als werelderfgoed
Vaals
De gemeenten Vaals, Eijsden-Margraten en Gulpen-Wittem en VVV Zuid-Limburg geven vandaag het startschot voor een traject om dat voor elkaar te krijgen. Eerst moeten ze minister Ingrid van Engelshoven (Cultuur) zien te overtuigen, want alleen de minister kan een voordracht doen voor de Werelderfgoedlijst.
Het Zuid-Limburgse landschap heeft unieke eigenschappen, zegt Jean Paul Kompier, wethouder Werk en Economie in Vaals en een van de voortrekkers van het project. ‘Wij hebben landschapskenmerken die je nergens anders in Nederland aantreft.’
Maar om op de Unesco-lijst te komen, moet het gebied zich ook onderscheiden van de rest van de wereld. Daarvoor zetten de initiatiefnemers vooral in op de culturele geschiedenis. ‘Onze regio kun je zien als de bron van Europa’, legt Kompier uit. ‘Aan het begin van de nieuwe steentijd is de mensheid vanuit de Kaukasus naar West-Europa gekomen. Zij zijn als eerste hier neergestreken. We noemen die eerste bewoners de Bandkeramiekers, want ze maakten potten. Hun grafvelden zijn hier nog te vinden.’
vuursteenmijnen
Volgens de wethouder heeft het gebied daarnaast nog een aantal ijzers in het vuur, zoals de vuursteenmijnen die al zijn uitgeroepen tot archeologisch wereldmonument. ‘Het zou mij verbazen als het ons niet lukt om op de Unesco-lijst te komen.’ De Limburgse gemeenten moeten daarvoor nog een lange weg afleggen. Er is een wachtlijst voor de Unesco-lijst, waardoor het heuvelland op zijn vroegst in 2025 genomineerd kan worden. ‘Voor ons is ook de weg ernaartoe belangrijk’, zegt Kompier. ‘We hopen dat er een bewustwording ontstaat dat we zuinig moeten zijn op dit gebied. Het trekken van toeristen is niet ons primaire doel, want die weten ons al goed te vinden. Het gaat ons echt om de bewustwording.’
Er staan op dit moment ruim duizend erfgoederen op de Werelderfgoedlijst. Tien daarvan liggen in Nederland, zoals de molens bij Kinderdijk, de grachtengordel in Amsterdam en de Waddenzee. <
Om op de Werelderfgoedlijst te komen moet een erfgoed onvervangbaar zijn en van waarde voor de hele mensheid. unesco heeft tien criteria opgesteld om dit te onderbouwen. Een erfgoed moet aan minimaal één daarvan voldoen. Hieronder vier van die criteria.
het is een meesterwerk van een creatief menselijk genie
het toont op unieke wijze een culturele traditie of een beschaving
het is een bijzonder voorbeeld van traditionele menselijke bewoning
het gaat om een buitengewoon natuurfenomeen of uitzonderlijk natuurschoon.