Direct naar artikelinhoud
Column

Mijn vader is psychotisch, verkeert in een wereld waar wij niet zijn

Mijn vader is psychotisch, verkeert in een wereld waar wij niet zijn
Beeld Trea van Vliet

Hoe ga je om met een bejaarde vader die psychiatrisch patiënt is en die nog rijk denkt te worden met boten bouwen?

Midden in de nacht is mijn vader met een opengesprongen buik naar het ziekenhuis gebracht.

En ging vorige week bij de eerste operatie alles goed, bij deze tweede operatie gaat alles mis. Mijn vader wordt niet goed wakker uit de narcose. Zijn ogen zijn acuut ontstoken geraakt, hij heeft koorts en een extreem lage bloeddruk, maar het ergste van alles is dat hij psychotisch is geworden.

Ik zie het meteen als ik de ziekenhuiskamer binnenkom. De blik in zijn ogen, het gebrabbel over politieagenten die hem willen vermoorden.

Naast zijn bed staat een verpleegkundige op een stoel een nieuw gordijn op te hangen. Ik spreek haar aan maar zij is vandaag écht alleen maar van de gordijnen laat ze me kortaf weten. Ik wil haar van die stoel aftrekken, maar loop de gang op en ontdek al snel dat niemand van het team dat nu dienstdoet weet dat mijn vader psychiatrisch patiënt is.

De zaalverpleegkundige vond mijn vader nog zo spraakzaam en zo vrolijk.

Spraakzaam en vrolijk?

Vermoeidheid en frustratie nemen het van me over als ik de arts boos uitleg dat het zijn eigen desinteresse is die maakt dat mijn vader hem negeert

Ik kan wel gillen, want wie luistert weet metéén dat mijn vader psychotisch is en in een wereld verkeert waar wij niet zijn. Hij is nu in het donkerste stuk van zijn ziel, waar zijn ouders boos op hem zijn en opdracht geven om hem te laten vermoorden.

En zo ligt hij in bed, een mannetje van nog maar vijftig kilo, geteisterd door demonen waar hij niet voor kan vluchten.

Bij die psychoses zijn is een van de moeilijkste dingen in mijn leven.

Ik zou alles willen doen, maar ik kan niks doen.

Ik houd m'n vaders hand vast, laat hem af en toe iets drinken, leg extra dekens op zijn ijskoude voeten.

Dit kan weken duren, en ik wil er niet aan denken hoe we dat dit keer moeten opvangen. Godzijdank wordt mijn vader al na een paar dagen rustiger.

Hij praat nog niet, maar als er een arts aan zijn bed verschijnt die een technisch verhaal ophangt zonder ons aan te kijken en mijn vader direct ongeïnteresseerd het raam uit gaat liggen kijken, weet ik dat hij er weer is. Want ik weet dat mijn vader een op een spiegelt hoe mensen met hem omgaan.

Wat jij hem geeft, geeft hij jou.

Vermoeidheid en frustratie nemen het van me over als ik de arts boos uitleg dat het zijn eigen desinteresse is die maakt dat mijn vader hem negeert. Ik bijt hem toe dat hij hier ook als mens zou kunnen staan in plaats van als een technische klojo, en dan ga ik huilen.

De arts loopt weg.

De verpleegkundige met de vlechten pakt een glas water voor me, zegt snel dat het goed is dat iemand dit eens heeft gezegd en verdwijnt dan ook.

Trea van Vliet is journalist en schrijfster. Op deze plek schrijft ze over haar vader, die verblijft in een woonvorm voor psychiatrisch patiënten in Zeeland. Lees hier meer van haar verhalen.