Direct naar artikelinhoud
commentaar

Open gesprek nodig bij geboorte rond 24 weken

Open gesprek nodig bij geboorte rond 24 weken
Beeld Trouw

Deze week vertelde een vrouw hoe haar gynaecoloog twee jaar geleden constateerde dat haar tweeling veel te vroeg – na ruim 24 weken – geboren zou worden. Op haar vraag wat dat betekende, antwoordde hij ‘Uw kinderen gaan dood’. 

Een korte navraag deed hem draaien en de vrouw naar een gespecialiseerd ziekenhuis rijden waar ze alles uit de kast konden trekken voor haar kinderen. Een van de jongens zou komen te overlijden, de ander vierde onlangs zijn tweede verjaardag en bezoekt het reguliere kinderdagverblijf.

Dat tweede advies van de gynaecoloog verwoordt precies de richtlijn die artsen sinds 2010 hanteren bij zogeheten ’24-wekers’: die krijgen een kans.

Het zou merkwaardig zijn als we kinderen van eenzelfde leeftijd de ene keer levensvatbaar achten en de andere keer geen problemen hebben met abortus

Onlangs werd bekend hoe de eerste lichting van deze kinderen eraan toe is op de tweede verjaardag. De helft is dan overleden en van de overlevers ontwikkelt ruim de helft zich normaal. De rest heeft een beperking, niet zelden een forse. Voor sommige artsen is dat reden om de voorlichting voorafgaand aan de bevalling anders in te kleden. In plaats van het adagium ‘we gaan uw kind actief behandelen, tenzij u dat niet wilt’ zou de openingszin moeten luiden: ‘we behandelen niet actief, tenzij u dat wilt’. Andere artsen zeggen dat de huidige praktijk terughoudend genoeg is. Die discussie wordt ook elders in het ziekenhuis gevoerd, artsen constateren nogal eens dat ze graag iets dóen, terwijl het in belang van de patiënt kan zijn als ze de handen op de rug houden. Een van de deviezen is dan: vraag het de patiënt zelf.

Open gesprek

In dit geval is dat heel lastig, die beslissing moeten ouders in een zware situatie in korte tijd nemen zonder te weten wat al die cijfers voor hun kind betekenen. Toch is er maar één partij die uiteindelijk de knoop kan doorhakken, en dat zijn de ouders. Daarbij zo goed mogelijk gesteund door artsen. Dan past een open gesprek waarvan ‘nee, tenzij’ noch ‘ja, tenzij’ het begin moet zijn. Het moet gaan om een open gesprek waaruit beide opties – actief ingrijpen of niet – serieus naar voren moeten komen. Dat kan betekenen dat artsen inderdaad iets vaker de handen op de rug moeten houden.

Na deze week zijn wel harde conclusies te trekken over actief behandelen al na 23 weken, waarvoor al voorzichtig stemmen opgaan. De behandelgrens zou daarmee onder de abortusgrens van 24 weken komen. Christelijke partijen zagen daarin eerder al reden om te pleiten voor verlaging van de maximale termijn voor abortus. Het zou merkwaardig zijn als we kinderen van eenzelfde leeftijd de ene keer levensvatbaar achten en de andere keer geen problemen hebben met abortus. Het kabinet was echter van oordeel dat de ‘levensvatbaarheidsgrens’ toch echt bij 24 weken ligt. De discussie van deze week onderstreept dat.

De mening van de krant, verwoord door leden van de hoofdredactie en senior redacteuren.